Kata betekent letterlijk ‘vorm, model, patroon, stijl’. Kata is een verdedigingsvorm tegen veelsoortige denkbeeldige aanvallen. Het is een gestileerd gevecht tegen meerdere denkbeeldige tegenstanders. Toen er bij karatedo nog niet aan vrijvechten werd gedaan, werd kata als de hoogste oefenvorm gebruikt.
Er zijn vele soorten kata’s, van simpele trainingscycli, ontworpen om een speciale positie of techniek te doceren, tot volledige systemen die bijzonder ingewikkeld kunnen zijn. De meest elementaire kata’s zijn de ‘Pinans’ (of ‘Heians’). Een voorbeeld van een ingewikkelde kata is de ‘Kanku Dai’ kata (in Wadoryu wordt deze kata ‘Ku Shanku’ genoemd). De Kanku Dai kata is tevens de langste en meest intensieve kata. De oudste kata is ongetwijfeld de ‘Hachi Dan Kin’.
Velen beschouwen kata als een taak die volbracht moet worden om over te gaan naar het meer opwindende vrije gevecht (Jiyu kumite). Dit is jammer, aangezien kata de belichaming is van het karatedo, namelijk leren een rustige geest (Pinan) te krijgen en die toe te passen. Beide aspecten zijn belangrijk om meester van de karatedo-kunst te worden. Sommigen gedragen zich bij een kata alsof ze een wedstrijd spelen die zo snel mogelijk gewonnen moet worden. Dit is fout. De kata is een mengeling van bewegingen, waarvan sommige snel, andere langzaam zijn.
Een serie kan door een korte pauze onderbroken worden, wanneer de karateka zich de volgende bron van een denkbeeldige aanval voorstelt. Daarna volgt weer een snelle serie bewegingen, draait de karateka zijn/ haar hoofd om om een nieuw gevaar te ontdekkenen gooit zichzelf vervolgens naar voren in een warreling van bewegingen. Wanneer de karateka de kata-bewegingen uitvoert, moet hij/ zij zich volledig geven. Basis kata ‘Taikyoku’ betekent overigens ‘het uiterste van het lichaam’. Wanneer de kata’s op de juiste wijze worden uitgevoerd, komen zelfs de laagste basis kata’s tot leven.
Hoewel de kata uit een ‘voorgeprogrammeerde’ serie karatedo-technieken bestaat, gebaseerd op de actie en reactie van denkbeeldige tegenstanders en er zelfs van tevoren vastgestelde momenten zijn waarop men de kiai moet geven, kan een karateka wanneer hij/ zij ervaring en liefde voor de kata’s ontwikkeld heeft, dit toch met zijn persoonlijkheid uitdrukken.
Nog steeds is het belangrijkste onderdeel van elke karatedo-examen de kata’s. Eindeloos herhalen en veel ervaring is nodig om het gevoel te krijgen dat een beweging net iets langer of korter moet worden uitgevoerd.
Kyokushinkai karatedo-stijl kent de volgende kata’s:
- Taikyoku Sono Ichi
- Taikyoku Sono Ni
- Taikyoku Sono San
- Pinan Shodan
- Pinan Nidan
- Pinan Sandan
- Pinan Yodan
- Pinan Godan
- Tsuki no
- Geksai Dai
- Geksai Sho
- Saifa
- Tensho
- Seienchin
- Sushi ho (Go ju shi ho)
- Kanku (Kanku Dai)
- Gayru
- Seipai
- Taikyoku Sono Ichi Ura
- Taikyoku Sono Ni Ura
- Taikyoku Sono San Ura
- Pinan Shodan Ura
- Pinan Nidan Ura
- Pinan Sandan Ura
- Pinan Yodan Ura
- Pinan Godan Ura
- Hachi Dan Kin